* Leeftijdsgerelateerde veranderingen: De menopauze bij honden treedt meestal op tussen de leeftijd van 6 en 10 jaar, maar kan variëren afhankelijk van het ras en de grootte van de hond.
* Wijzigingen in de warmtecyclus: Honden ervaren oestrische cycli, gewoonlijk 'warmtecycli' of 'seizoenen' genoemd. Tijdens de menopauze worden deze cycli onregelmatig en stoppen ze uiteindelijk. De tijdsduur tussen de hittecycli kan langer worden en de intensiteit van de symptomen kan afnemen. Sommige honden kunnen hun laatste hittecyclus ervaren zonder tekenen van de menopauze, terwijl anderen een geleidelijke overgang kunnen doormaken.
* Einde van de vruchtbaarheid: Naarmate honden in de menopauze komen, beginnen hun voortplantingsorganen te verouderen, wat leidt tot een afname van de vruchtbaarheid. Het is minder waarschijnlijk dat ze zwanger worden en puppy's baren.
* Vermindering van seksuele ontvankelijkheid: Honden kunnen hun interesse in paring verliezen of een verminderde ontvankelijkheid voor reuen vertonen.
* Vaginale afscheiding: Sommige honden kunnen tijdens de menopauze een lichte vaginale afscheiding ervaren, maar dit is niet altijd het geval.
* Gedragsveranderingen: Hormonale veranderingen tijdens de menopauze kunnen het gedrag van een hond beïnvloeden. Sommige honden kunnen rustelozer, angstiger of aanhankelijker worden, terwijl andere tekenen van depressie of lethargie kunnen vertonen. Deze gedragsveranderingen zijn doorgaans mild en tijdelijk.
* Fysieke veranderingen: Naarmate honden ouder worden en de menopauze doormaken, kunnen ze enkele fysieke veranderingen ervaren, zoals een afname van het energieniveau, gewichtstoename of dunner wordende vacht. Deze veranderingen houden vaak verband met het natuurlijke verouderingsproces en niet specifiek met de menopauze.
Het is belangrijk op te merken dat niet alle honden al deze symptomen ervaren en dat de ernst van de symptomen kan variëren. Als u tijdens de menopauze veranderingen in het gedrag of de fysieke conditie van uw hond opmerkt, is het een goed idee om een dierenarts te raadplegen om eventuele onderliggende gezondheidsproblemen uit te sluiten en eventuele zorgen te bespreken.