Amerikaanse Bobtails hebben korte staarten van ongeveer een derde tot de helft van de lengte van een normale kattenstaart. Het ras heeft ook amandelvormige ogen, waardoor ze een wild uiterlijk krijgen. De achterpoten zijn langer dan de voorpoten en de poten zijn groot en rond.
Langharige Amerikaanse Bobtails hebben halflang haar met een dubbele vacht. De kortharige variant is ook dubbel gecoat.
American Bobtails zijn er in alle kattenkleuren en patronen, inclusief tabby, solid en tortoiseshell.
Amerikaanse Bobtails staan bekend als vriendelijk en speels. Ze zijn ook actief en zeer intelligent. Ze staan bekend als ontsnappingsartiesten.
Amerikaanse Bobtails houden van genegenheid en kunnen vocaal zijn als ze erom vragen. Ze kunnen goed overweg met oudere kinderen en goed opgevoede honden.
Van Amerikaanse Bobtails wordt vaak gedacht dat ze verwant zijn aan wilde bobcats, maar een genetische link is nooit bewezen.
Dit ras kan goed uit dragers en gesloten kamers komen.
Amerikaanse Bobtails die zonder staart worden geboren (wat soms gebeurt) kunnen gezondheidsproblemen hebben die worden veroorzaakt door een te korte ruggengraat.
De eerste Amerikaanse Bobtails werden gefokt in de jaren zestig en waren het resultaat van een paring tussen een kortstaartige bruine binnenlandse korthaar met een afgeknipte staart en een vrouwelijke Sealpoint Siamees. Burman- en Himalaya-katten werden ook toegevoegd. Op dat moment kwamen Amerikaanse Bobtails alleen binnen in puntige langharige jassen, en hadden witte wanten en een wit gezicht. (Hoewel sommige mensen denken dat het ras Bobcat-genen heeft, is dit nooit bewezen.)
Omdat het fokken op deze eigenschappen erg moeilijk bleek te zijn, begonnen fokkers uiteindelijk elke kleur en tekening toe te laten in hun programma's. De korte staart van het ras bleef zijn kenmerkende kenmerk.
Het ras wordt nu geaccepteerd door The International Cat Fanciers Association (TICA) en de American Cat Fanciers Association (AFCA) als twee afzonderlijke langharige en kortharige variëteiten.