De Japanse Chin komt uit Azië en zal waarschijnlijk evolueren van de Tibetaanse Spaniel. De geschiedenis is terug te vinden in het koninklijk hof van zowel China als Japan. Het heeft een zeer kenmerkende uitdrukking en een vrolijk en veerkrachtig gangwerk.
Ze hebben een zijdeachtige, lange en prachtige vacht met gevederde oren, voeten en achterpoten. Ze zijn gefokt als gezelschapshond en doen het het beste als gezinshond in een liefdevol gezin.
Japanse Chin heeft een koninklijke persoonlijkheid met een elegant, waardig en schoon karakter. Ze werden beschouwd als een waardevolle schat en mochten door niemand anders dan door koninklijke families worden bezeten. Gelukkig kan tegenwoordig iedereen dit ras bezitten en het als deel van zijn familie houden.
Het temperament van de Japanse Chin is elegant en toch komisch, enigszins verlegen, gevoelig en erg slim. Ze zijn een gevoelig ras en hun omgeving en de persoonlijkheid van de eigenaren worden weerspiegeld in hen.
Als ze bijvoorbeeld in een rustig huis wonen, worden ze zelf ook stil en gereserveerd. Ze vertonen meestal hun katachtige gedrag en kunnen soms koppig en onafhankelijk zijn.
De Japanse Chin gedijt in de liefde en aandacht van hun mensen. Ze moeten menselijk gezelschap krijgen, anders worden ze verlegen en gereserveerd tegenover mensen. Ze hebben soms ook een koppig karakter, wat het controleren moeilijk kan maken. Een goede training met geduld is dus noodzakelijk.
De persoonlijkheid van de Japanse Chin is vriendelijk, intelligent en komisch. Ze zijn een uitstekende gezinsgenoot vanwege hun vriendelijke karakter. Ze zijn ook komisch die hun mensen vermaken en aan het lachen maken met hun komische act. Nou, ze zijn gefokt als gezelschapshond, dus het lijdt geen twijfel dat ze een geweldige gezelschapshond zijn.
Het trainen van Japanse Chin kan een uitdaging zijn, maar met het juiste leiderschap kunnen ze een getrainde hond zijn. Ze moeten worden getraind met geduld, vastberadenheid en consistentie. Wees niet hard en krachtig tegen hen en wees altijd zachtaardig en liefdevol met hen.
Begin met een basis gehoorzaamheidstraining terwijl je langzaam beweegt om de training te verbeteren. Gebruik positieve trainingsmethoden omdat dit wordt beschouwd als de beste trainingsmethode voor uw hond.
De Japanse Chin kan goed overweg met kinderen. Hoewel het een vriendelijke hond is, is hun kleine formaat misschien niet geschikt voor kleine kinderen. Kleine kinderen kunnen ze per ongeluk verwonden door erop te kloppen, te knijpen en te bijten. Daarom doen ze het heel goed met oudere kinderen die ze met liefde en zorg kunnen behandelen.
Japanse Chin is een niet-agressieve hond die opzettelijk mensen of dieren kwaad zal doen. Hoewel hun agressie afhangt van het type omgeving en het gezin waarin ze zijn opgegroeid, zoals hierboven vermeld. Geef ze dus voorzichtig te eten en wees nooit hard tegen ze.
Japanse Chin is gereserveerd en verlegen tegenover vreemden. Dus om met vreemden om te kunnen gaan, moeten ze van jongs af aan gesocialiseerd worden met een verscheidenheid aan mensen. Stel ze bloot in een openbaar park zodat ze vertrouwd raken met de mens en niet terughoudend en verlegen om hen heen zijn.