Primaire geslachtskenmerken: Dit zijn de organen die rechtstreeks betrokken zijn bij de voortplanting. Bij mannen zijn dit onder meer de teelballen, die sperma produceren, en de penis. Bij vrouwen omvatten ze de eierstokken, die eieren produceren, en de baarmoeder, waar een bevruchte eicel zich implanteert en zich ontwikkelt tot een baby.
Secundaire geslachtskenmerken: Dit zijn fysieke kenmerken die niet direct betrokken zijn bij de voortplanting, maar die doorgaans worden geassocieerd met mannen of vrouwen. Bij mannen omvatten deze een diepere stem, bredere schouders en meer gezichtshaar. Bij vrouwen omvatten ze borsten, bredere heupen en een hogere stem.
Chromosomen: Chromosomen zijn structuren in cellen die genetisch materiaal dragen. Mensen hebben 23 paar chromosomen, waarvan er één het geslacht bepaalt. Vrouwtjes hebben twee X-chromosomen, terwijl mannen één X-chromosoom en één Y-chromosoom hebben.
Het is belangrijk op te merken dat er enige variatie bestaat in de fysieke kenmerken van mannen en vrouwen, waarbij sommige mensen kenmerken hebben die doorgaans geassocieerd worden met het andere geslacht. Bovendien identificeren sommige mensen zich als man of vrouw, ondanks dat ze fysieke kenmerken hebben die niet overeenkomen met de traditionele definities van die termen.