Honden en katten snakken naar gezelschap van hun baasje, en als ze het moeten missen, wordt het soms lelijk. In huis poepen of plassen, op meubels kauwen en agressief worden zijn allemaal belangrijke problemen waarmee mensen worden geconfronteerd wanneer hun huisdieren verlatingsangst ontwikkelen. Niet iedereen heeft echter last van verlatingsangst, dus het is belangrijk om de oorzaken te overwegen voordat u probeert dit probleem bij uw hond of kat op te lossen.
Het komt zelden voor dat een puppy die vanaf de eerste dag bij één gezin is geweest, een verlatingsangststoornis ontwikkelt; in plaats daarvan gebeuren de meeste voorvallen met honden die zijn geadopteerd uit een opvangcentrum of die in hun leven van eigenaar zijn veranderd. De meeste van deze honden zijn vrijwillig binnengelaten, hun metgezellen (eigenaren) laten ze met rust. Zodra ze zich realiseren dat hun baasje niet terugkomt, leidt dit tot de ontwikkeling van verlatingsangst. Zelfs als diezelfde hond wordt opgevangen door een liefhebbend gezin, vreest hij elke keer dat ze voor een korte periode weggaan, dat ze niet meer terug zullen komen.
Honden en katten zijn routinedieren en ze worden afhankelijk van de constante tijd die ze met hun baasjes doorbrengen. Wat gebeurt er als de eigenaar een nieuwe baan krijgt en overdag voor een langere periode weg is? Dit kan een ongewenste reactie bij de hond oproepen, omdat de verandering voor hem een ongewenste verandering is. Evenzo, als er een nieuw huisdier of een nieuw kind in het gezin is dat wat aandacht van de hond afleidt, kan hij de interactie missen waar hij dol op is geworden, en je hiervan op de hoogte stellen door zich op een onaangename manier te gedragen.
Vooral katten zijn dol op hun omgeving. Ze hechten zich net zoveel, zo niet meer, aan hun omgeving dan mensen. Hierdoor kan soms een verandering in de omgeving voldoende zijn om een kat verlatingsangst te laten ontwikkelen.
Als Rover de gezinshond is en het oudste kind in het gezin naar de universiteit gaat en eens in de paar maanden thuiskomt, zal Rover waarschijnlijk verlatingsangst ontwikkelen. Elke keer dat de situatie van het gezinslid verandert, is er een aanpassingsperiode voor huisdieren; ze missen het lid net zo erg als de menselijke familieleden! Soms stuiteren huisdieren niet zo gemakkelijk terug en wordt verlatingsangst een probleem.
Als u merkt dat uw hond of kat symptomen van verlatingsangst ervaart, onderzoek dan de situatie en let op of er iets belangrijks is veranderd. Doe je best om de bron van zijn angst te lokaliseren en praat dan met je dierenarts over hoe je hem vanaf daar het beste kunt behandelen.