2. Vergroot geleidelijk de afstand. Zodra uw hond het vangen onder de knie heeft, kunt u het speeltje iets verder weg gooien. Ze zullen waarschijnlijk hun bewegingen moeten aanpassen, maar het zachte speelgoed moet het voor hen gemakkelijk maken om zich aan de afstand aan te passen.
3. Gebruik handsignalen. Handsignalen kunnen uw hond helpen begrijpen wat u wilt dat hij doet. Houd uw hand met de handpalm naar boven en de vingers lichtjes gespreid als u wilt dat ze grijpen. Gebruik een gesloten vuist als je wilt dat ze blijven.
4. Bied lekkernijen aan als beloning. Belonen met lekkers kan het gewenste gedrag helpen versterken. Geef ze elke keer dat ze het speeltje met succes vangen iets lekkers, zodat ze het vangen met iets positiefs associëren.
5. Oefen regelmatig. Zoals met alles geldt:hoe meer uw hond oefent met vangen, hoe beter hij erin zal worden. Probeer dagelijks een paar minuten te oefenen, zodat uw hond zijn vaardigheden in de loop van de tijd kan verbeteren.