1. Grootte :Mannelijke kaketoes zijn doorgaans groter dan vrouwtjes van dezelfde soort. In het geval van de zwavelkuifkaketoe is de gemiddelde lengte voor mannetjes bijvoorbeeld ongeveer 55-60 centimeter (22-24 inch), terwijl vrouwtjes doorgaans ongeveer 50-55 centimeter (20-22 inch) meten.
2. Hoofdvorm :De vorm van het hoofd kan ook een nuttige indicator zijn. Bij veel kaketoesoorten hebben mannetjes de neiging een bredere, vierkantere kop te hebben, terwijl vrouwtjes een smallere, meer ronde kop hebben.
3. Oogkleur :De kleur van de iris in het oog kan variëren tussen mannelijke en vrouwelijke kaketoes. Bij galahs hebben mannetjes bijvoorbeeld donkerbruine ogen, terwijl vrouwtjes bruine ogen hebben met een roodachtige of geelachtig oranje ring rond de pupil.
4. Verenkleuring :Bij sommige soorten, zoals de langsnavelige corella, hebben mannetjes en vrouwtjes duidelijke verschillen in verenkleur. Mannelijke langsnavelige corella's hebben felgele toppen en gele vlekken op hun vleugels, terwijl vrouwtjes grijsachtig witte toppen hebben en de gele vleugelvlekken missen.
5. Gedrag en vocalisaties :Verschillen in gedrag en vocalisaties kunnen ook aanwijzingen geven over het geslacht van kaketoes. Mannelijke kaketoes zijn bijvoorbeeld vaak luidruchtiger en zingen vaker en met meer complexiteit dan vrouwtjes.
6. Lichamelijk onderzoek :Als u het geslacht van een kaketoe niet kunt bepalen op basis van visuele aanwijzingen, kan een dierenarts een lichamelijk onderzoek uitvoeren en het geslacht bepalen door middel van inwendig onderzoek of DNA-analyse.
Houd er rekening mee dat dit algemene indicatoren zijn en dat er binnen elke soort individuele variaties kunnen zijn. Het is dus altijd het beste om een deskundige vogeldierenarts of vogelspecialist te raadplegen voor een definitieve bepaling van het geslacht van een kaketoe.