De Basenji is een licht gebouwde, elegante jachthond uit Afrika. Het heeft een gerimpelde kop en een hoge, gekrulde staart. De Basenji staat algemeen bekend als de "blafloze hond" omdat hij niet blaft, maar als hij opgewonden is, maakt hij een geluid dat klinkt als jodelen.
De Basenji verschilt van andere primitieve honden doordat hij stevig gebouwd is. Zijn langere benen helpen hem om snel te rennen en een soort van dubbel geveerde galop uit te voeren. De Basenji heeft ook een korte zwarte, rode, gestroomde of driekleurige vacht, die effectief is in het omgaan met het hete Afrikaanse klimaat, terwijl zijn rechtopstaande oren uitstekend geschikt zijn voor het afvoeren van warmte en het lokaliseren van wild in dichte struiken.
De Basenji staat erom bekend goed overweg te kunnen met andere honden, maar mengt zich niet met leden van zijn eigen ras. Omdat het een pittige hond is, vinden velen dat deze hond qua aard en maniertjes op de terriër lijkt. De Basenji is ook beschreven als katachtig:gereserveerd, slim, nieuwsgierig, onafhankelijk en koppig.
Hoewel de hond niet veel blaft, maakt hij een huilend en krijsend geluid en maakt hij af en toe een hoestend geluid als een vos.
De Basenji vereist minimale vachtverzorging:af en toe borstelen is voldoende om dode haren te verwijderen. Omdat het een zeer actief ras is, moet de Basenji zowel fysieke als mentale oefening krijgen, uit angst dat hij agressief en/of gefrustreerd kan worden. Een lange wandeling, freerunning en energieke spelletjes in een afgesloten ruimte worden ook aanbevolen. De hond functioneert goed als binnenhond.
De Basenji, die een gemiddelde levensduur heeft van 12 tot 14 jaar, lijdt aan gezondheidsproblemen zoals heupdysplasie (CHD), corneadystrofie en patellaluxatie. Enkele van de belangrijkste ziekten die het ras aantasten, zijn progressieve retinale atrofie (PRA), Fanconi-syndroom en Basenji-enteropathie, terwijl de kleine zorgen navelstrenghernia, aanhoudende pupilmembranen (PPM), pyruvaatkinase (PK)-deficiëntie en hypothyreoïdie zijn. Om enkele van deze problemen te identificeren, kan een dierenarts urine-, schildklier-, oog- en DNA-onderzoeken bij de hond uitvoeren.
De Basenji, of "Barkless Dog", is een oud ras dat zijn afstamming naar Egypte trekt. Later werd het de belangrijkste roedeljager voor de inheemse stammen en pygmeeën van de Afrikaanse Congo-regio, ook wel de Congoterriër of Zande Dog genoemd.
Aan het eind van de 19e en het begin van de 20e eeuw werden pogingen ondernomen om de Basenji naar Engeland te brengen, maar helaas waren de pogingen niet succesvol. Pas in 1937 werd de Basenji (vrij vertaald als "bush thing") in Engeland geïntroduceerd.
De Basenji werd ondertussen een populair ras in de Verenigde Staten voor eigenaren van showhonden en gezelschapsdieren, en kreeg nog meer bijval toen de roman Good-bye, My Lady uit 1954 (later gemaakt in een gelijknamige film) met een Basenji.
Er waren twee controversiële maar belangrijke gebeurtenissen in verband met de Basenji in de jaren tachtig. Ten eerste werden er talloze honden geïmporteerd uit Afrika om enkele veelvoorkomende erfelijke gezondheidsproblemen in het ras te verminderen, waardoor voor het eerst een gestroomde kleur ontstond. Ten tweede erkende de American Sighthound Field Association de Basenji als windhond, waardoor de hond kon deelnemen aan kunstaasproeven. Eerder werden de jachtstijl en de lichaamsbouw van de Basenji als ongepast beschouwd voor een windhond. Tot op heden heeft dit hondenras veel van zijn primitieve eigenschappen behouden, zoals een jaarlijkse oestruscyclus en niet blaffen.